V.I. Lenin
Over Leo Tolstoj
Hoofdstuk 4
Gedrukt op 18 (31) december 1910.
Werken, 5de uitgave, deel 20, blz. 70-71.
Met enorme kracht en oprechtheid geselde Tolstoj de heersende klassen, met grote helderheid ontmaskerde hij de innerlijke leugenachtigheid van alle instellingen, waarmee de huidige samenleving zich op de been houdt: de kerk, de justitie, het militarisme, het ‘wettige’ huwelijk en de burgerlijke wetenschap. Maar zijn leer is gebleken volkomen in tegenstelling te staan tot het leven, de arbeid en de strijd van de grafdelver van het huidige systeem: het proletariaat. Wiens standpunt weerspiegelde zich in de prediking van Leo Tolstoj? Door zijn mond sprak die hele miljoenenkoppige massa van het Russische volk, die de meesters van het moderne leven reeds haat, maar die nog niet is gekomen tot de bewuste, consequente en onverzoenlijke strijd tot aan het einde van deze meesters.
De geschiedenis en de afloop van de Russische revolutie hebben aangetoond, dat het juist deze massa was die stond tussen het bewuste socialistische proletariaat en de vastberaden verdedigers van het oude regiem. Deze massa — die voornamelijk uit boeren bestond — heeft tijdens de revolutie getoond hoe groot de haat is tegen het oude, hoe scherp alle ellende van het nieuwe regiem wordt gevoeld en hoe machtig het spontane streven is zich daarvan te bevrijden en een beter leven te zoeken.
Tegelijkertijd echter heeft deze massa tijdens de revolutie aangetoond, dat zij in haar haat onvoldoende bewust is, in de strijd inconsequent en in haar zoeken naar een beter leven gevangen binnen enge grenzen.
Deze grote volkszee, tot in de diepste diepten heftig in beroering, werd met al zijn zwakheden en met al zijn sterke kanten weerspiegeld in de leer van Tolstoj.
Door Leo Tolstoj’s kunstwerken te bestuderen zal de Russische arbeidersklasse zijn vijanden beter leren kennen, maar door de analyse van Toltoi’s leer zal het hele Russische volk moeten leren inzien waar zijn eigen zwakheid ligt die het niet in staat stelt de zaak van zijn eigen bevrijding tot het einde toe vol te houden. Om vooruit te kunnen gaan moet dit worden ingezien.
Deze vooruitgang wordt bemoeilijkt door allen die Tolstoj uitroepen tot ‘het universele geweten’ en ‘leraar van het leven’. Dit is een leugen, die opzettelijk door de liberalen wordt verbreid in hun verlangen om het antirevolutionaire aspect van Tolstoj’s leer uit te buiten. De leugen over Tolstoj als ‘leraar van het leven’ wordt ook in navolging van de liberalen door enkele voormalige sociaaldemocraten herhaald.
Het Russische volk kan zijn bevrijding pas dan bereiken, wanneer het inziet dat het om een beter leven te bereiken niet bij Tolstoj in de leer hoeft, maar bij de klasse waarvan Tolstoj de betekenis nooit heeft begrepen, maar die als enige in staat is de door Tolstoj gehate oude wereld te vernietigen — het proletariaat.