Lot van Baaren

De gezondheidszorgacties in 1989. De opstand voorbij?


Bron: De Internationale, Nederlandstalig theoretisch orgaan van de IVe Internationale, december. 1989, nr. 33
Deze versie: spelling
Transcriptie/HTML en contact: Adrien Verlee, voor het Marxists Internet Archive
| Hoe te citeren? — Graag bronvermelding !

Qr-MIA

       


Deel deze tekst met een kennis
Het e-mailadres:


Er bleek slechts een klein duwtje nodig om de bal aan het rollen te krijgen. Een simpele advertentie was genoeg. Vervolgens gaven duizenden gehoor aan de oproep tot actie voor een betere cao-ziekenhuiswezen en het inhalen van de 12 tot 20 procent achterstand. Dat er wat aan de hand is in deze sector werd explosief duidelijk gemaakt.

De inderhaast gevormde actiegroep Verplegenden en Verzorgenden In Opstand (VVIO) nam het initiatief tot wat een maanden lange krachtmeting zou worden.

Slaap

Ruw werden de bonden wakker geschud uit hun winterslaap. Het was tenslotte februari. Nog wat slaperig maakten ze eerst de blunder de opstand niet serieus te nemen. Maar na twee dagen waren ze klaarwakker. De acties werden – deels – overgenomen.

Half maart waren er al tienduizenden mensen op de been bij manifestaties in Utrecht. Op 20 april vond de tot nog toe grootste demonstratie plaats die er in Nederland ooit met betrekking tot een cao is gehouden: zestigduizend werkneemsters en werknemers kwamen bijeen in Den Haag. Daarnaast waren er week in week uit talrijke acties in de instellingen zelf.

In juni, met de zomervakantie in zicht, werd het steeds moeilijker. Aan de actie-ervaring lag het inmiddels niet meer: die was zeker wel opgedaan. Met name de val van het kabinet gooide roet in het eten. Een demissionaire regering zou de zaak op de lange baan kunnen schuiven. Bovendien moet niet uitgevlakt worden hoe moeilijk het is om in een sector waar met zieke mensen en niet met machines gewerkt wordt, actie te voeren.

Het akkoord

Natuurlijk werd juist in de zomerperiode een akkoord voorgelegd en – na enig touwtrekken – ook gesloten. Een akkoord dat grotendeels neerkomt op inkomensverbetering door het verlagen van de pensioenpremie, hetgeen 2,7 procent oplevert. Hiernaast wordt 0,8 procent van de verbetering gefinancierd uit de ziekenfondspremie. Tot slot neemt de overheid samen met de centrale werkgever, de Nationale Ziekenhuisraad, welgeteld een half procent voor haar rekening. Dit pakket wordt vervolgens compleet gemaakt met een procent werkgelegenheidsmaatregelen.

De feiten voorafgaande aan de acties: een bod door werkgevers van 0,32 procent in een slecht georganiseerde sector. Na vier maanden opstand wordt meer dan tien maal zoveel binnengehaald.

Laten we eens kijken naar de VVIO en naar de bondsleiding en -leden van de grootste vakbond in deze sector, de AbvaKabo. De VVIO is het minst positief over het uiteindelijk resultaat. Zij beoordelen het akkoord als een sigaar uit eigen doos. De eigen eis van 5 procent is niet binnengehaald. Daarnaast is er geen principe-uitspraak over het verder inlopen van de achterstand en hebben verplegenden en verzorgenden geen hogere functiewaardering gekregen.

De bondsleiding van de AbvaKabo voor deze sector spreekt van een prima akkoord. Verdedigend redeneert ze dat het beter is de sigaar uit de pensioendoos aan jezelf uit te delen dan dat hij door de te verwachten belastingmaatregel in de as wordt gelegd. Over het algemeen lijkt haar reactie er een van opluchting: blij dat de acties achter de rug zijn, blij dat ze uiteindelijk toch hun gezicht wisten te redden en natuurlijk ook blij met de forse ledenwinst.

De AbvaKabo-leden in het ziekenhuiswezen tenslotte zijn vooral trots op hun acties. Het akkoord werd door de meesten van hen niet onverdeeld negatief bevonden. Toch was met name de financiering uit het pensioenfonds voor een derde van de leden reden om tegen het akkoord te stemmen. Ondanks de vermoeidheid zagen mensen nog kans om acties hier en daar door te zetten en iets meer binnen te halen ten aanzien van het punt verlichting van de werkdruk.

Beoordeling

Het akkoord laat te wensen over. Er is geen actie gevoerd om uiteindelijk het grootste deel van de inkomensverbetering zelf te betalen. Pensioen is nog steeds uitgesteld loon. Nu blijkt dat de premie te hoog was (dat is immers erkend), kan men zich afvragen waarom een bond als belangenbehartiger al niet veel eerder er voor gezorgd heeft dat dit deel terugvloeit naar de rechtmatige eigenaars.

Van belang is echter in de eerste plaats het feit dat het hier om de eerste massale actie-ervaring in de sector van het ziekenhuiswezen gaat. Hier zijn ongeveer 180 duizend mensen werkzaam. De actiebereidheid was vrijwel algemeen. Dit valt onder andere op te maken aan het feit dat de basiszorg doorging op het moment dat 60 duizend mensen in Den Haag demonstreerden. Ook de publieke opinie bleef zich positief opstellen. Op zich is dit opmerkelijk omdat juist acties in deze sector ook negatieve meningsvorming kan opleveren.

Zelfbewustzijn

Om een goed beeld te krijgen van de achtergronden en de vorm van de acties in de gezondheidszorg is nog een aantal andere aspecten van belang. Er zijn in deze sector veel vrouwen werkzaam, die nog vaak in de arbeidsvoorwaarden als tweederangs arbeidskracht worden behandeld. Bovendien is er sprake van een uitermate hiërarchische autoritaire structuur. Daarnaast hadden we tot voor kort te maken met het onderhand bekende ‘Florence Nightingale-syndroom’, zelfopoffering ten gunste van de zorg voor anderen. Hiermee lijkt voorlopig afgerekend te zijn. Het zelfbewustzijn is vergroot. Het wordt steeds duidelijker en indringender aangetoond dat een goed werkklimaat belangrijk is voor de kwaliteit van de zorg ten behoeve van de patiënt. De taakverzwaring van de laatste jaren draagt ook bij aan het zelfbewustzijn. De hiërarchische verhoudingen worden steeds vaker doorbroken.

Het zelfbewustzijn heeft in de acties natuurlijk ook een grote participatie en zelforganisatie tot gevolg gehad. In de actiecomités en de actieleiding traden veel vrouwen op.

Weerslag

Deze ervaringen hebben ook zijn weerslag op de houding van de leiding van de AbvaKabo. Ondanks de ledenwinst is het wantrouwen ten aanzien van de bondsleiding niet afgenomen. Een wantrouwen dat al eerder gevoed was doordat jarenlang niet werd opgetreden tegen verslechterende omstandigheden in de gezondheidszorg. Een wantrouwen dat vervolgens door diverse blunders van de bondsleiding in de acties zelf werd bevestigd en zeker ook door het akkoord niet weggenomen is.

De VVIO daarentegen houdt voor velen het krediet voor het initiatief van de opstand. Maar over het algemeen viel de kracht en radicaliteit van de VWO binnen de diverse instellingen toch wat tegen. Het zwaartepunt lag toch bij acties buiten de zieken- en verpleegtehuizen. Bovendien was de VVIO erg gericht op het eigen beroep, wat niet altijd even positief uitpakte. Met name ten opzichte van de andere disciplines en ondersteunende diensten klonken geluiden over een cao voor uitsluitend het verplegend en verzorgend personeel niet erg solidair. De discussie over het opzetten van een categorale bond is voorlopig nog gaande.

Uitstraling

De acties in de gezondheidszorg hebben een enorme uitstraling gehad. Niet alleen op andere delen van de zorgsector, zoals de bejaardenzorg en de gezinszorg. De gehele collectieve sector is geïnspireerd door deze strijd. De AbvaKabo heeft voor alle instellingen in de overheids- en dienstverlenende sectoren een eis van ‘tenminste 5 procent’ gesteld voor de arbeidsvoorwaarden in 1990. Bovendien namen discussies over het inlopen van de achterstand, over de koppeling tussen de loonontwikkeling in de marktsector en de collectieve sector en over de kwaliteit van de dienstverlening na zeven jaar bezuinigen een prominente plaats in binnen de verkiezingscampagnes.

De strijd in de gezondheidszorg heeft tot een eerste overwinning geleid en heeft velen getoond dat acties lonend kunnen zijn. Voor 1990 staat een nieuwe confrontatie te wachten. Wanneer de nieuwe minister van Binnenlandse Zaken, Dales, niet ingaat op de 5 procent-eis zullen acties van start gaan in alle deelsectoren, uitgezonderd de PTT die een cao voor twee jaar heeft. Dat zal dan meteen een eerste krachtmeting worden met het nieuwe kabinet.